Van IJSkast tot BROEIkast

Van IJSkast tot BROEIkast

Specaal voor de terrarianen onder u lichtte ik uit het praktijkhoekje van de Datz van oktober 1998 volgende bruikbare tip van Gisela Herchenbach.

Terrariumhouders die veel eierleggende reptielen bezitten en ze willen nakweken hebben een heleboel geïmproviseerde broedplaatsen nodig, ofwel moeten zij zich een grote broedmachine aanschaffen die stukken van mensen kost. Je kan voor een prikje zelf een prima broeikast maken.

Wat je nodig hebt is een afgedankte diepvries, of beter nog een uitgerangeerde frigo. Je ziet ze regelmatig buiten staan bij het groot huisvuil of anders vind je er zeker eentje in het containerpark in uw buurt. De volledige elektrische rompslomp aan de achterkant kan je ter plekke demonteren, want het enige dat ons interesseert is de kast met een goed sluitende deur.

Het best geschikt zijn frigo's met metalen geplastifieerde roosters. Tussenleggers in metaal of in glas trekken alleen maar onnodig vocht aan, wat voor gevoelige eieren fataal kan zijn. Voor de verluchting van onze broeikast boren we door de bovenkant van de ijskast aan weerskanten 4 à 5 gaten. Ten einde condenswater tegen het plafond van de ijskast te voorkomen kleven we er schuimfolie tegenaan (er bestaat isomo op rol die gebruikt wordt om achter de centrale verwarming te plaatsen). Vergeet niet de eerder geboorde gaten ook in deze folie aan te brengen.

Wil men ook insecten in deze broeikast kweken zoals krekels en wasmotten, dan doet men er goed aan de gaten met horregaas te bedekken en dit met silicone vast te kleven.

Voor de verwarming van de broeikast gebruiken we een verwarmingskabel van 50 Watt. De oorspronkelijke stekker, die meestal aan de kabel vastgelast is, halen we eraf. We boren een gat onderaan door de achterwand van onze frigo en steken de stroomdraad van de verwarmingskabel door de achterwand en zetten er een nieuwe stekker aan. De
verwarmingskabel leggen we in lussen op de bodem van de koelkast waarbij we er zorg voor dragen dat de kabel zichzelf niet overlapt. Zo ontstaat er geen gevaar voor doorbranding. Veiligheidshalve kleven we de kabel op het grondvlak vast met
isolatietape en zetten er een langwerpige, vlakke schaal op die we later, als we de broeikast in gebruik nemen, vullen met water.
We boren het gat in de achterzijde groot genoeg om er ook de draden van de thermostaat die in de broeikast voor de nodige temperatuurregeling moet zorgen, door te steken. Ook hier halen we eerst de oorspronkelijke stekkers weg en veranderen ze door evenwaardige, eens de draad door de achterwand steekt. Deze opening wordt, eens de draden op hun plaats zitten, met silicone dicht gespoten. Nu schakelen we de stekker van de verwarmingskabel aan op de thermostaat.

We hangen aan elk rooster een thermometer en sluiten ons bouwwerk aan een stopkontakt aan via de stekker van de thermostaat. Vooraleer de broeikast definitief in gebruik te nemen voor het uitbroeden van reptieleneieren ga je aan de hand van de verschillende thermometers na welke temperatuur er heerst op de verschillende niveaus (warme lucht stijgt, boven zal het dus warmer zijn dan beneden). Eventueel dien je de thermostaat nog wat bij te regelen.

Men heeft alleen een verwarmingskabel nodig van 50 Watt, een thermostaat, enkele thermometers, siliconenlijm, isoleerband, een vrouwelijke en twee mannelijke stekkers, een waterschaal en desgevallend een stukje vliegengaas en een stuk schuimstof.

Zoals je kan zien is die Gisela Herchenbach een clevere meid en ik zeg dat als Gisela dat kan, jij het ook kunt.

Karel Fondu
De Siervis Leuven